WK blog

Bij het overlijden van Leo Beenhakker

 

 

Leo Beenhakker is op 82-jarige leeftijd overleden in ‘zijn’ Rotterdam. Van zijn imposante trainerscarrière worden vaak die twee maanden in de zomer van 1990 eruit getild, zijn tweede interimklus bij Oranje. Dat kwam niet in de laatste plaats door de wijze waarop Beenhakker zelf met dit echec omging, hij was een meester van het mysterie.


Beenhakker was een taalkunstenaar, een meester van de hyperbool. Op laconieke wijze en met veel relativering wees hij op zijn prestigieuze carrière die ‘deze eenvoudige jongen uit Charlois’ mocht meemaken. Ondanks die nuchtere beschrijving had hij dan toch maar mooi gewezen op zijn prestaties.


Zo ging het ook als het altijd maar weer over het WK 1990 in Italië ging. Aan de ene kant die letterlijke verzuchting dat het daar weer over moest gaan, tegelijkertijd met een cynische toon toch weer wat los laten en meteen ook weer wat nieuwe mist creëren. Maar uiteindelijk heeft hij in de dertig jaar na die bizarre zomer toch met flarden nog veel verteld.

 
De vraag is dan ook wat er nog in die befaamde verhuisdoos 13 zou kunnen zitten waar Beenhakker altijd over begon. Na zijn dood zou de doos naar zijn zoon Erwin gaan en die moest maar kijken wat hij ermee zou doen. Maar Jeroen Stekelenburg van de NOS wist op de avond van zijn overlijden bij de talkshow Bar Laat te melden dat zoon Erwin hem heeft toevertrouwd dat hij “de doos in de Maas heeft gegooid”, een Beenhakkeriaanse hyperbool want de doos was geen fysieke doos maar die doos zat natuurlijk gewoon in een van de gedachtenkamers van de voormalige bondscoach. En samen met uitlatingen van anderen, de dagboeken van Nol de Ruiter en Kees Jansma en een feitelijke reconstructie is het verhaal van 1990 inmiddels wel compleet.


Ik heb het verhaal in 2020 weergegeven in mijn boek over het WK 90 van Oranje en de aanloop daar naartoe. Ik mijn reconstructie heb ik heel veel interviews van ‘Don Leo’ bekeken en gelezen. En wat daarin opvalt is dat hij tussen alle mistige formuleringen steeds brokjes informatie over hetgeen is gebeurt in die periode openbaart. Maar in zijn biografie, door Bert Nederlof opgetekend, zitten ook veel feitelijke onjuistheden. Bijvoorbeeld het incident met het interview van Rinus Michels op het trainingsveld en de wraak van Gullit vonden namelijk op dezelfde ochtend plaats, daar waar Beenhakker ze op verschillende dagen plaatst. Die verifieerbare onjuistheden geven aan dat Beenhakker geen dagboek heeft bijgehouden, dan zouden de gebeurtenissen chronologisch in ieder geval moeten kloppen.


De mist en de mysteries zijn een afleidingsmanoevre voor alle betrokkenen. Vooral voor de falende topspelers die steeds maar weer over Cruijff beginnen terwijl de selectie daarover verdeeld was en dat Beenhakker bovendien feitelijk gezien een bredere steun genoot dat het orakel van Barcelona. Maar ook voor Beenhakker zelf die belast met de geest van Cruijff te voorzichtig was in zijn aanpak. Hij gaf Gullit een te belangrijke rol terwijl die al twee jaar lang aan het sukkelen was met blessures en pas 5 wedstrijden had gespeeld toen de voorbereiding begon. Daardoor werd de enige vedette in vorm, Frank Rijkaard, al een jojo op verschillende posities gezet. Want Rijkaard zeurt niet, maar de explosie van Rijkaard in de achtste finale was daardoor wel het symbool van dit WK. Maar alleen op een andere manier dan die door velen is geïnterpreteerd.


Overigens heeft Beenhakker dat min of meer ook wel erkend. Dat hij geen grip had op de situatie, dat hij Gullit te veel heeft beschermd en dat hij inschattingsfouten maakte door bijvoorbeeld Freek de Jonge uit te nodigen. Met het heengaan van Leo Beenhakker is het mysterie van het mislukte WK ook definitief opgelost.